Leven
onder water
Als je zwemles neemt, leer je ook een stukje zwemmen onder water. Je duikt
dan eigenlijk. Maar je kunt niet zo lang onder water blijven als je wel zou
willen. Als je veel oefent, lukt het om een beetje langer onder water te blijven.
Toch is dat meestal minder dan een minuut.
Sommige mensen maken van het duiken hun beroep, bijvoorbeeld sponsduikers en parelduikers. Die mensen zijn zó goed geoefend, dat ze wel drie of vier minuten onder water kunnen blijven en dan dertig meter diep komen. Om nóg langer onder water te blijven, heb je echter duikapparatuur nodig.
Sport
en beroep
Er zijn tegenwoordig veel mensen die duiken. Sommigen alleen voor hun plezier.
Dat zijn de sportduikers. Anderen alleen voor hun werk. Dat zijn de beroepsduikers.
Sportduikers zie je bij meren en langs de kust. Ze vinden het gewoon leuk
om de schemerachtige wereld onder water te verkennen. Vaak bestuderen ze daar
de natuur en soms maken ze er mooie foto's. Maar dan moet het water wel helder
zijn. Beroepsduikers zie je soms in havens om goederen die overboord zijn
gevallen, op te duiken. Je vindt ze vaak bij bergingsmaatschappijen. Dat zijn
maatschappijen die bijvoorbeeld gezonken schepen naar boven brengen. Bij het
winnen van olie en gas op zee zijn ook duikers nodig om, onder andere, buizen
aan elkaar vast te maken. Beroepsduikers kunnen ook dingen onder water repareren.
Je vindt ze verder bij de brandweer en de politie. Daar zijn ze nodig om bijvoorbeeld
auto's en mensen uit het water te halen. En tenslotte bij de marine en bij
het leger.
De uitrusting
Welke uitrusting heb je nodig? Dat hangt er van af wat je onder water wilt
gaan doen en hoelang en hoe diep je wilt duiken. Dat lijkt nogal ingewikkeld,
maar je zult zien dat het wel meevalt. Het eenvoudigst is de uitrusting van
de sportduiker. Dus zullen we daar maar mee beginnen. Je kunt al duiken met
een duikmasker, zwemvliezen en een snorkel. Dat is een pijpje, waardoor je
lucht kunt inademen. De snorkel mag, voor kinderen, maar 30 centimeter lang
zijn. Omdat deze altijd boven het water moet uitsteken, zwem je dus aan de
oppervlakte met je gezicht in het water. Je kunt er ook mee onder water zwemmen,
maar dan loopt de snorkel vol. Als je weer boven komt, moet je hem eerst leegblazen.
Lucht
in flessen
De meeste sportduikers willen dieper en dan moeten ze lucht in stalen flessen
meenemen om te kunnen ademen. In die flessen zit de lucht onder hoge spanning,
wel tot 300 bar. Bij die hoge druk kun je de lucht niet zomaar inademen en
daarom zit er aan de flessen een ademautomaat met slang en mondstuk. Dit is
een apparaat dat ervoor zorgt dat je precies zoveel lucht krijgt als je nodig
hebt. Dat gaat helemaal automatisch, makkelijker kan het niet. De lucht die
je uitademt, gaat door een klepje in het mondstuk naar buiten. Die uitgeademde
lucht verdwijnt in de vorm van belletjes. Die luchtbelletjes zie je wel eens
op de televisie als ze een onderwaterfilm vertonen.
Duikerpak
Omdat het in ons land meestal koud is, dragen duikers ook nog een pak. De
duikers zijn nu weer te licht geworden en daarom nemen ze een riem met loodblokken
mee. Voor de veiligheid nemen ze ook altijd een reddingvest mee en een duikersmes.
Met deze uitrusting kan men al een hele tijd, een uur of langer, onder water
blijven. Beroepsduikers gebruiken zo'n uitrusting dikwijls voor lichte werkzaamheden.
Standaardpak
Voor zwaar werk werd vroeger vaak het standaardpak gebruikt. Dat is een pak
waarbij een grote koperen helm en heel zware schoenen van negen kilo per stuk
worden gedragen. De helm weegt achttien kilo. Het is allemaal erg sterk spul.
Je kunt er uren mee onder water blijven. Je blijft er droog en tamelijk warm
in. De lucht wordt door een compressor, een luchtpomp, via een slang naar
de duiker gevoerd. Die compressor staat op een schip of op de wal. Je kunt
er niet mee zwemmen en maar een korte afstand mee lopen.
Leren
duiken
Als je wilt leren duiken voor de sport, kun je je het best aanmelden bij een
onderwatersportvereniging. Daar zijn er heel wat van in ons land. Ook bij
jou in de buurt is er misschien wel één. Vraag het maar eens
aan de badmeester. Die weet het vast wel. Om sportduiker te worden, moet je
wel aan een paar eisen voldoen. Je moet goed kunnen zwemmen en je moet goedgekeurd
zijn door een duikerarts. Bij die keuring zal de dokter speciale aandacht
schenken aan je longen, oren en aan je gebit. Dat je longen goed in orde moeten
zijn is logisch. Bij duiken komt het immers op de ademhaling aan. Maar waarom
ook het gebit? Omdat gaatjes in je tanden en kiezen onder water veel pijn
kunnen veroorzaken. Bij de vereniging leren ze je eerst goed met een duikmasker
en zwemvliezen omgaan in een zwembad. Pas als je dat allemaal onder de knie
hebt, mag je met een sportuitrusting onder water. De uitrusting leen je van
de vereniging. Het pak en het masker moet je wel zelf hebben, want die moeten
goed passen.
Gevaarlijk?
Is duiken gevaarlijk? Nee, je kunt duiken tot je tachtigste, maar je moet
het wel doen zoals het je is geleerd. En je uitrusting moet altijd goed in
orde zijn. Als je je daar niet aan houdt, is duiken erg gevaarlijk. Het is
net als in het verkeer. Als je je goed aan de verkeersregels houdt, gebeuren
er geen ongelukken.